Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(32)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een BV gaat in 2010 failliet. De dga heeft in 2010 een voorziening van € 150.000 gevormd en dit bedrag heeft hij in zijn aangifte IB/PVV 2010 als 'voorziening regresvordering' volledig afgetrokken.
In het onderhavige jaar 2011 spreekt de bank de dga aan en hij betaalt € 30.000 ter finale kwijting.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat een regresvordering pas ontstaat op het moment dat de borg een bedrag betaalt aan de schuldeiser.
Het bedrag van € 150.000 kan dus, anders dan de dga stelt, niet in 2010 zijn afgewaardeerd of afgeboekt van de voorziening.
Voorts is de voorziening in 2011 voor € 120.000 vrijgevallen en op deze vrijval is de kwijtscheldingswinstvrijstelling niet van toepassing, oordeelt de Rechtbank.
Het beroep van de dga op het vertrouwensbeginsel wijst de Rechtbank op feitelijke gronden af.
Zijn beroep wordt ongegrond verklaard.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
7 april 2015
Rolnummer
14/8562
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2015:4483
bwbid=bwbr0&artikel=3.13,bwbid=bwbr0&artikel=3.95

Naar de bovenkant van de pagina

Cookies.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen van deze website. Meer over ons cookiebeleid