Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een BV bestuurt een drietal dochtermaatschappijen die kwalificeren als beleggingsmaatschappijen. Omtrent de door de BV te verrichten werkzaamheden zijn in overeenkomsten met de dochters zeer gedetailleerde afspraken gemaakt. De inspecteur merkt de door de BV daarvoor ontvangen vergoedingen slechts gedeeltelijk aan als vergoedingen voor "het beheer van door beleggingsfondsen en beleggingsmaatschappijen ter collectieve belegging bijeen gebrachte vermogens" in de zin van artikel 11, lid 1, onderdeel i, 3e van de Wet op de omzetbelasting. Mede omdat de dochtermaatschappijen geen personeel in dienst hebben beschouwt de Rechtbank het geheel van werkzaamheden van de BV als het beheer van het vermogen van de BV. Over de consequenties van dat oordeel zijn partijen het eens.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1996
Instantie
Rechtbank Breda
Datum instantie
6 mei 2009
Rolnummer
AWB07/1062
ECLI
ECLI:NL:RBBRE:2009:BI6100

Naar de bovenkant van de pagina

Cookies.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen van deze website. Meer over ons cookiebeleid