Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(2)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

A-G Wattel is teruggekomen op zijn eerdere conclusie van 12 december 2013 (nr.13/02210, ECLI:NL:PHR:2013:2382) die handelt over de hybride-leningwetgeving in de Wet Vpb. In deze nadere conclusie is het cassatieberoep van een verlies-BV (hierna: Verlies) volgens Wattel bij nader inzien ongegrond in plaats van gegrond.
De zaak komt in de kern op het volgende neer:
BV A (hierna: BV) koopt in 2004 voor 0,45 euro alle aandelen in Verlies. Tevens koopt BV voor 34.505 euro een vordering van ruim 14 miljoen euro op Verlies. Deze vordering wordt vervolgens renteloos en aflossingsvrij gemaakt.
Op de balans van Verlies is de schuld aan BV eind 2004 gewaardeerd op ruim 14 miljoen euro.
Maar op de balans van BV staat de vordering op Verlies eind 2004 gewaardeerd op slechts 762 euro. Per 1 januari 2005 wordt Verlies opgenomen in een fiscale eenheid met BV.
De inspecteur belast vervolgens in 2004 wegens het vrijvallen van de lening bij Verlies een winst van ruim 14 miljoen euro minus 762 euro (voorvoegingsherwaardering, art. 15ab, lid 6 Wet Vpb).
Verlies is echter van mening dat er sprake is van een onzakelijke lening als bedoeld in het arrest van de Hoge Raad van 9 mei 2008, nr. 43.849, ECLI:NL:HR:2008:BD1108, en dat de mutatie zich daarom in de kapitaalsfeer afspeelt.
A-G Wattel was het hiermee eens op grond van de duidelijke wettekst en de parlementaire geschiedenis van de hybride-leningwetgeving.
In deze nadere conclusie worden aan de orde gesteld:
(i) de invloed van het noch in feitelijke instanties, noch in cassatie aan de orde gestelde overgangsrecht bij de invoering in 2002 van de hybride-leningwetgeving in de Wet Vpb; en
(ii) de vraag of de Hoge Raad dat overgangsrecht van ambtswege moet toepassen.
Bij nader inzien geeft Wattel de Hoge Raad in overweging om het cassatieberoep van Verlies ongegrond te verklaren.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
2004
Instantie
A-G
Datum instantie
13 februari 2014
Rolnummer
13/02210
ECLI
ECLI:NL:PHR:2014:70
bwbid=bwbr0&artikel=15ab

Naar de bovenkant van de pagina

Cookies.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen van deze website. Meer over ons cookiebeleid