Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Gemeenschappelijke bijlage van A-G Ettema bij de conclusies van 26 juli 2024 in de zaken met nummer 23/02110 (ECLI:NL:PHR:2024:795, NLF nog te publiceren), 23/02142 (ECLI:NL:PHR:2024:791, NLF nog te publiceren), 23/02143 (ECLI:NL:PHR:2024:794, NLF nog te publiceren), 23/02144 (ECLI:NL:PHR:2024:792, NLF nog te publiceren) en 23/03221 (ECLI:NL:PHR:2024:793, NLF nog te publiceren).

In elk van de vijf zaken is bij een controle na invoer gebleken dat met gebruikmaking van de vergunning bijzondere bestemming meer goederen en/of goederen met een hogere waarde zijn ingevoerd dan de in de desbetreffende vergunning vermelde hoeveelheid/waarde. A-G Ettema behandelt de vraag of de overschrijding van de hoeveelheid die is vermeld in de vergunning bijzondere bestemming, leidt tot het ontstaan van een douaneschuld.

De A-G komt tot de slotsom dat de hoeveelheid in de vergunning daadwerkelijk een begrenzing vormt, in die zin dat de vergunning slechts kan worden gebruikt om goederen onder de regeling bijzondere bestemming te brengen tot die hoeveelheid. Indien achteraf blijkt dat de vergunninghouder de vergunde hoeveelheid heeft overschreden, moet de conclusie zijn dat hij voor het gedeelte van de overschrijding niet beschikt over de vereiste vergunning, zodat toekenning van een verlaagd recht of nulrecht uit hoofde van de bijzondere bestemming niet mogelijk is voor die goederen.

De A-G komt verder nog tot de slotsom dat de Europese Commissie over een toereikende rechtsgrondslag beschikt voor het stellen van de voorwaarde dat de hoeveelheid en de waarde een verplicht gegeven in de vergunning is.

Metadata

Rubriek(en)
Douane
Belastingtijdvak
diverse jaren
Instantie
A-G
Datum instantie
26 juli 2024
Rolnummer
23/02110; 23/02142; 23/02143; 23/02144; 23/03221
ECLI
ECLI:NL:PHR:2024:919
Auteur(s)
mr. G.J. van Slooten
Deloitte

Naar de bovenkant van de pagina