Direct naar content gaan

Samenvatting

Een Duitse werkgever (een GmbH naar Duits recht) heeft ten behoeve van het beheer en de uitvoering van pensioenregelingen van (voormalige) werknemers van de werkgever een Pensionstreuhand ingesteld. De Pensionstreuhand is ingesteld bij een trustovereenkomst naar Duits recht (Treuhandvereinbarung), in de praktijk ook wel aangeduid als Contractual Trust Arrangement. De trustovereenkomst is aangegaan met een eingetragener Verein naar Duits recht (hierna: e.V.). De werkgever heeft in verband met de trustovereenkomst het betreffende pensioenvermogen aan deze e.V. overgedragen. De e.V. fungeert binnen de Pensionstreuhand als Treuhänder (bewaarder) en beheert in die hoedanigheid het pensioenvermogen overeenkomstig de trustovereenkomst. Overeenkomstig deze trustovereenkomst wordt het pensioenvermogen aangewend ter belegging in Nederlandse effecten.

Bij de behandeling van een fiscaal vraagstuk is de vraag naar voren gekomen of het pensioenvermogen dat onder de trustovereenkomst valt, kwalificeert als een doelvermogen in de zin van artikel 3, lid 1, onderdeel c, Wet VpB 1969.

Vraag

Kwalificeert het onder de trustovereenkomst vallende pensioenvermogen als doelvermogen in de zin van artikel 3, lid 1, onderdeel c, Wet VpB 1969?

Antwoord

Nee. De e.V. naar Duits recht is als Treuhänder (bewaarder) juridisch gerechtigd tot het pensioenvermogen. De werkgever (de GmbH naar Duits recht) is economisch gerechtigd tot het pensioenvermogen. Van een doelvermogen kan daarom geen sprake zijn.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
2024 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
27 juni 2024
Rolnummer
KG:211:2024:10
NLF-nummer
NLF 2024/1588
Aflevering
2 juli 2024
bwbr0002672&artikel=3&lid=1,bwbr0002672&artikel=3&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina