Politieke column
‘Never waste a good crisis.’ De uitspraak wordt toegedicht aan Winston Churchill. Vanuit de ICT-afdeling bij de Belastingdienst galmt de echo van de Britse staatsman. Nu is het weer de box 3-crisis die geenszins wordt verspild. Dat prutsende wetgevers en ijdele rechters de uitvoering hebben opgescheept met een hels karwei, staat buiten kijf.
Ik begrijp het gezucht binnen de Belastingdienst. Het is lastig om vaststelling en terugbetaling van te veel box 3-heffing enigszins werkbaar en uitvoerbaar te maken. De ICT-afdeling pakt de gelegenheid daarentegen te baat om moord en brand te schreeuwen. Serieuze aanpassingen in het belastingstelsel kunnen volgens bezweringen vanuit de ICT vanwege de box 3-crisis pas vanaf belastingjaar 2029 plaatsvinden, waarmee inwerkingtreding van wijzigingen niet eerder dan in 2030 is voorzien.
Hoe lang kun je eigenlijk een zwak dienstonderdeel hebben? Ruim twee decennia geleden speelden de ICT’ers van de Belastingdienst nog in de kampioensklasse. De Nederlandse belastingdienst werd internationaal geroemd om de wijze waarop zij – in die tijd innovatieve – vooruitgang op het gebied van automatisering boekte. De aangiftefloppy was destijds wat hoor. Maar goed, ergens daarna ging het bergafwaarts. In de huidige kelderklasse is er blijkbaar geen enkel zicht meer op het linkerrijtje.
Veel ICT’ers balen overigens zelf ook van hun belabberde resultaten. De oorzaken van de misère zijn divers. Verantwoordelijkheden en het jeukerige ‘eigenaarschap’ zijn versnipperd. De gecreëerde eilandjes zorgen daarmee voor oeverloos overleg en afstemming tussen betrokkenen.
Daarnaast is het grote aantal ingehuurde externen iets te veel bezig voor zichzelf werk te creëren, waarbij het uitrekken van projecten goed helpt (veelzeggend is dat de ongeveer 1.200 extern ingehuurde ICT’ers 56% van het totale dienstbudget aan externe inhuur opsnoepen). Door in jargon te spreken en vooral heel ingewikkeld te doen, snappen bestuurders en beleidsbepalers nauwelijks waar het over gaat. Met de aanstelling van ICT-chefs en andere lieden is getracht het bastion te doorbreken, maar het heeft maar beperkt succes. Anders gezegd: als de ICT-club zegt dat de box 3-crisis de boel vertraagt, dan is dat zo.
Mijn punt: je kunt toch niet zo lang de schlemiel zijn. Er gaat gek genoeg meer goed dan het publiek steeds te horen krijgt. Het ontkoppelen van systemen (minder ketenkwetsbaarheid), het werken met open-sourcemethodes (breed toegankelijk) en het aanschaffen van beschikbare applicaties op de markt (niet het wiel zelf uitvinden) zijn wat van die initiatieven. De ICT van de Belastingdienst staat er helemaal niet zo slecht voor als wij steeds moeten geloven. Ik zeg niet dat het dik in orde is, maar in de kelderklasse hoort het echt niet meer thuis. Wel is er iets goed mis met de cultuur. Het problematiseren én het profiteren van ICT-onkunde bij beleidsbepalers zijn beschamend.
Zonder het doorvoeren van ICT-wijzigingen kun je een belastingstelsel in de hedendaagse tijd niet hervormen. De roep om een hervorming ligt echter wel op het bureau van belastingstaatssecretaris Idsinga. Tsja, wat doe je dan? De bewindsman kwam afgelopen week met een taakopdracht voor de voorbereiding van de hervorming van het belasting- en toeslagenstelsel. Voorbereiding van een hervorming klinkt heel suffig.
Als een taakopdracht een taakstraf wordt, loopt er natuurlijk ook niemand warm voor. Een belastingcommissie komt er dan ook niet. Idsinga gaat zelf aan de slag. In het voorjaar van 2025 komt hij met een brief met enkele varianten en opties. Dan gaat hij met het parlement in ‘dialoog’ om daarna wetgeving voor te bereiden. Het verschil met de belastingplancyclus zie ik niet. Idsinga wil het vergezicht van een belastinghervorming niet kapotmaken, maar weet zich beperkt vanwege vermeende ICT-ellende.
De boodschap is duidelijk: een belastinghervorming is aan het volgende kabinet. Dat zou je ook zomaar een democratische crisis kunnen noemen.