Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X heeft voor het jaar 2016 geen aangifte IB/PVV ingediend. Hij is daartoe door de Inspecteur ook niet uitgenodigd.

Aan X is voor 2016 geen primitieve aanslag IB/PVV opgelegd. De FIOD heeft een strafrechtelijk onderzoek verricht naar de betrokkenheid van X bij de handel in designerdrugs. Aan X is een navorderingsaanslag IB/PVV 2016 opgelegd waarbij een bedrag van € 561.384 als row in aanmerking is genomen ter zake van de handel in designerdrugs. Daarbij is een boete opgelegd van € 140.859.

Volgens de Inspecteur heeft X in 2016 de beschikking gehad over de bankrekeningen van twee bedrijven en zijn stortingen op die bankrekeningen (direct en indirect) ten goede gekomen aan X. X heeft dat weersproken.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de Inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat de stortingen/bedragen zijn toegekomen aan X. De navorderingsaanslag wordt vernietigd.

Nu de navorderingsaanslag niet in stand kan blijven, moet ook de boetebeschikking worden vernietigd.

Ten overvloede merkt de Rechtbank op dat de boetebeschikking hoe dan ook ten onrechte aan X is opgelegd omdat X niet is uitgenodigd, laat staan aangemaand, tot het doen van aangifte.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
14 december 2023
Rolnummer
22/8308
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2023:20419
NLF-nummer
NLF 2024/0865
Aflevering
9 april 2024

Naar de bovenkant van de pagina