Direct naar content gaan

Samenvatting

Door middel van de Wet van 21 juli 2007, Staatsblad 2007, 269, is met ingang van 1 augustus 2007 in de Wet op de vennootschapsbelasting (Wet VpB 1969) artikel 6a Wet VpB 1969 opgenomen (introductie van de vrijgestelde beleggingsinstelling). Voor beleggingsinstellingen die aan de gestelde voorwaarden voldoen, geldt op verzoek een algehele vrijstelling voor de vennootschapsbelasting. De inspecteur beslist op het verzoek bij beschikking. Doel van de vrijstelling is om Nederland aantrekkelijker te maken voor de vestiging van beleggingsinstellingen. De vrijstelling stelt blijkens de parlementaire behandeling onder meer de eis, dat sprake moet zijn van collectief beleggen, alsmede van een oogmerk daartoe. Tevens moet de beleggingsinstelling een zogenoemd open-end karakter hebben. Met dit besluit verstrekt staatssecretaris de Jager van Financiën de Belastingdienst praktische richtlijnen ter beantwoording van de vraag of in een concreet geval aan deze beide eisen wordt voldaan. Voorts is een tweetal goedkeuringen opgenomen. Ten slotte wordt centrale afdoening door de Belastingdienst geregeld.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
10 maart 2008 >
Instantie
MvF
Datum instantie
10 maart 2008
Rolnummer
CPP2008/291M
bwbr0002672&artikel=6a,bwbr0002672&artikel=6a&lid=3

Naar de bovenkant van de pagina

Cookies.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen van deze website. Meer over ons cookiebeleid