Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een echtpaar drijft in de vorm van een vennootschap onder firma (VOF) een Chinees-Indisch specialiteitenrestaurant. De inspecteur heeft de VOF naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd voor de jaren 2000 tot en met 2003 en voor het eerste kwartaal 2004 vanwege vermeende niet-verantwoorde omzet. Het Hof vernietigt de naheffingsaanslag over 2002 en die over 2004. Voor wat betreft het jaar 2000 oordeelt het Hof dat de VOF aan een compromis over de belastingschulden tot en met 1999 geen vertrouwen kan ontlenen dat ter zake van het jaar 2000 geen naheffingsaanslag meer zou worden opgelegd. Het acht voorts aannemelijk dat de VOF de behaalde omzet in de jaren 2000, 2001 en 2003 niet volledig in de boekhouding heeft verwerkt, terwijl het zowel in absolute als relatieve zin substantiële bedragen betreft. Aangezien de boekhouding aldus niet voldoet aan de gestelde eisen heeft de inspecteur de administratie terecht verworpen als basis voor het vaststellen van de verschuldigde omzetbelasting. Het Hof acht de schatting door de inspecteur van de omzet over de betreffende jaren niet redelijk en vermindert de naheffingsaanslagen op basis van een door het Hof zelf gemaakte redelijke schatting van de gerealiseerde omzetten. Het Hof acht tenslotte een boete van 50% van de nageheven belasting passend omdat de VOF opzettelijk te weinig belasting heeft betaald.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
2000-2004
Instantie
Hof Leeuwarden
Datum instantie
23 februari 2007
Rolnummer
5/05
ECLI
ECLI:NL:GHLEE:2007:BA0192

Naar de bovenkant van de pagina