Direct naar content gaan

Samenvatting

Voor investeringen gedaan in het jaar 2023 is het, onder voorwaarden, mogelijk om eenmalig tot maximaal 50% van de aanschaffings- of voortbrengingskosten willekeurig af te schrijven. Naar aanleiding hiervan zijn vragen opgekomen die zien op het tijdstip van investeren en betalen in combinatie met de samenloop van een gebroken boekjaar.

X heeft een onderneming met een gebroken boekjaar. Dit boekjaar loopt van 1 mei tot en met 30 april. Op 1 februari 2023 investeert X in een machine van € 100.000. Op 1 februari 2024 neemt X de machine in gebruik.

Vragen
  1. Op 1 april 2023 betaalt X € 10.000. Kan X de willekeurige afschrijving toepassen?
  2. Op 1 december 2023 betaalt X € 10.000. Kan X de willekeurige afschrijving toepassen?
  3. Op 1 februari 2024 betaalt X € 80.000 bij ingebruikname van de machine. Kan X de willekeurige afschrijving toepassen?
Antwoorden
  1. Ja, X kan in het boekjaar 2022/2023 tot maximaal € 10.000 in aanmerking nemen als willekeurige afschrijving. Op grond van artikel 3.34 Wet IB 2001 in verbinding met artikel 13 e.v. Uitv.reg. WA dient uitgegaan te worden van de betalingen in het kalenderjaar.
  2. Ja, X kan ook ten aanzien van de tweede betaling van € 10.000 willekeurige afschrijving toepassen, maar wel pas in het boekjaar 2023/2024. In aanvulling op het onder 1. gegeven antwoord wordt, volgens de fictie in artikel 3.66, lid 2, Wet IB 2001 de winst van dit gebroken boekjaar immers beschouwd als winst van het kalenderjaar waarin het boekjaar is geëindigd. Dat is in deze casus derhalve het jaar 2024. De fictie van artikel 3.66, lid 2, Wet IB 2001 doet niets af aan het feit dat de investering en betaling hebben plaatsgevonden in het kalenderjaar 2023 hetgeen vereist is om de tijdelijke regeling toe te kunnen passen.
  3. Nee, X kan ten aanzien van de derde (slot)betaling geen willekeurige afschrijving in aanmerking nemen. Nu de betaling is gelegen buiten het kalenderjaar 2023 bestaat geen recht op toepassing van de regeling ook al valt de betaling binnen het boekjaar 2023/2024.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
2023-2024
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
10 juni 2024
Rolnummer
KG:212:2024:3
NLF-nummer
NLF 2024/1372
Aflevering
11 juni 2024
bwbr0011353&artikel=3.34,bwbr0011353&artikel=3.34,bwbr0012035&artikel=13,bwbr0012035&artikel=13,bwbr0012035&artikel=14,bwbr0012035&artikel=14

Naar de bovenkant van de pagina