Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(103)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een man heeft in mei 2012 zonnepanelen gekocht. Hierbij is € 1.269 aan omzetbelasting in rekening gebracht.
Naar aanleiding van het arrest Fuchs (Hof van Justitie, zaak C 219-/12) is de man op zijn verzoek vanaf 20 juni 2013 als ondernemer geregistreerd.
Voor het tijdvak van 11 september 2013 tot en met 30 september 2013 heeft de Inspecteur bij beschikking teruggaaf omzetbelasting verleend ten bedrage van € 1.269.
De teruggaaf is echter ten onrechte gegeven omdat voor het tijdvak 11 september 2013 tot en met 30 september 2013 geen recht bestaat op teruggaaf.
De Inspecteur heeft daarom een naheffingsaanslag opgelegd.
Volgens Hof Den Haag heeft Rechtbank Den Haag terecht beslist dat de teruggaafbeschikking ten onrechte is gegeven en dat de Inspecteur op grond van artikel 20 AWR een naheffingsaanslag mocht opleggen.
Anders dan de Rechtbank, komt het Hof echter tot het oordeel dat het vertrouwensbeginsel aan de naheffing in de weg staat.
De man heeft immers uitdrukkelijk verzocht om teruggaaf van omzetbelasting naar aanleiding van het arrest Fuchs.
Voorafgaand aan de teruggaafbeschikking is voorts telefonisch de indruk gewekt dat de man gelet op dit arrest aanspraak kon maken op de teruggaaf.
Volgens het Hof mocht de man redelijkerwijs concluderen dat hij recht had op de teruggaaf en kan de Inspecteur niet meer naheffen.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
11 september 2013 tot en met 30 september 2013
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
29 juli 2015
Rolnummer
15/00065
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2015:2126
bwbid=bwbr0&artikel=20

Naar de bovenkant van de pagina

Cookies.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik en functionaliteit te waarborgen van deze website. Meer over ons cookiebeleid