Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Met een besluit van 29 september 2021 heeft de minister van EZK de subsidie voor het vierde kwartaal (Q4) van 2020 op grond van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (TVL) vastgesteld op € 0 en het aan onderneming X betaalde voorschot van € 13.555,80 teruggevorderd.

Dit omdat volgens de minister uit de gegevens van de Belastingdienst blijkt dat niet wordt voldaan aan het vereiste dat het omzetverlies ten minste 30% bedraagt. X is het daar niet mee eens en heeft beroep ingesteld.

Het CBb verklaart het beroep gegrond.

Pas als de Belastingdienst concludeert dat de suppletieaangifte over Q4 van 2020 en/of (een van) de ingediende jaarsuppletie(s) onjuist is (zijn) en overgaat tot een aanpassing daarvan, kan de minister besluiten om de subsidievaststelling daarop aan te passen. Zolang dit niet het geval is, moet de minister zich bij twijfel aan de juistheid van een (suppletie)aangifte omzetbelasting, beperken tot het doen van navraag bij de Belastingdienst.

In casu is de minister bij het bepalen van de subsidieomzet en de berekening van het omzetverlies ten onrechte voorbijgegaan aan de over Q4 van 2020 ingediende – en bij de Belastingdienst bekende – suppletieaangifte. De minister wordt opgedragen om een nieuw besluit op het bezwaar te nemen, met inachtneming van deze uitspraak.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
vierde kwartaal 2020
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum instantie
23 juli 2024
Rolnummer
23/465
ECLI
ECLI:NL:CBB:2024:515
NLF-nummer
NLF 2024/1793
Aflevering
30 juli 2024

Naar de bovenkant van de pagina