Direct naar content gaan

Samenvatting

Op 19 juli 2019 heeft de landelijke recherche van de politie in een loods een productielaboratorium voor synthetische drugs aangetroffen. Uit camerabeelden bleek dat drie personen bij en in de loods zijn geweest, onder wie X (belanghebbende).

X is op 15 juli 2020 veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf en een half jaar voor de productie van synthetische drugs in het aangetroffen laboratorium.

In geschil is de aan X opgelegde aanslag IB/PVV 2019. De Inspecteur heeft ter zake van inkomsten uit het drugslab een resultaat uit overige werkzaamheden ter hoogte van (na bezwaar) € 330.000 in aanmerking genomen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de Inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat X in 2019 aanzienlijke inkomsten uit het drugslab heeft genoten. De berekening van de Inspecteur van de totale winst van het drugslab van € 330.000 in 2019 acht de Rechtbank ook aannemelijk. Nu X zijn deel van de verdiensten niet heeft aangegeven, is sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast.

De Rechtbank acht het niet redelijk om geen rekening te houden met toerekening van een deel van de winst van het drugslab aan anderen. De Rechtbank acht het redelijk om aan X 1/3e gedeelte van de winst van € 330.000 of € 110.000 toe te rekenen. Het inkomen uit werk en woning wordt met € 220.000 verminderd. Ter zitting is verder komen vast te staan dat de aan X opgelegde boetebeschikking moet worden vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
30 augustus 2024
Rolnummer
23/1829
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:6087
NLF-nummer
NLF 2024/2085
Aflevering
17 september 2024
bwbr0002320&artikel=27e,bwbr0002320&artikel=27e

Naar de bovenkant van de pagina