Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De Inspecteur heeft X (bv; belanghebbende) in het kader van de sectorindeling premieheffing werknemersverzekeringen ingedeeld in sector 3 (Bouwbedrijf). X bepleit indeling in sector 12 (Metaal & Techniek).

X houdt zich voornamelijk bezig met verkoop en plaatsing van veranda’s en tuinkamers (overwegend van aluminium) aan bestaande bouwwerken. Voor veranda’s, tuinkamers, carports en terrasoverkappingen heeft te gelden dat, indien zij deel gaan uitmaken van een (bestaand) bouwwerk, dit wordt beschouwd als een uitbreiding van het bouwwerk (een aanbouwsel). Er is in dat geval sprake van het bouwen / de vervaardiging van accommodaties c.q. het scheppen van (verblijfs)ruimten. Daarbij is Hof Amsterdam, met de Inspecteur, van oordeel dat niet van belang is van welk soort materiaal of materialen het bouwwerk wordt vervaardigd, zoals bijvoorbeeld aluminium, hout, glas, steen of metaal of combinaties daarvan. Een onderneming als die van X is terecht als bouwbedrijf als bedoeld in de Regeling Wfsv aangemerkt.

Van gewekt vertrouwen is volgens het Hof geen sprake. X kon er in redelijkheid niet van uitgaan dat een in het verleden toegepaste sectorindeling voor de vof ook in de toekomst (na overgang naar een besloten vennootschap) zou gelden. X is terecht ingedeeld in sector 3 (Bouwbedrijf). Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
2022 e.v.
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
20 augustus 2024
Rolnummer
23/289
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:2345
NLF-nummer
NLF 2024/1998
Aflevering
3 september 2024

Naar de bovenkant van de pagina