Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (Ltd.; belanghebbende) is een fabrikant van zonnepanelen. Op grond van de bevindingen van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) heeft de Inspecteur aan X ter zake van de invoer van zonnepanelen een verzamel-utb uitgereikt ten bedrage van € 8.515.978,12. In de aangiften is als land van oorsprong en land van verzending Taiwan vermeld. Volgens de Inspecteur zijn de zonnepanelen echter van Chinese oorsprong.

Hof Amsterdam heeft geoordeeld dat de Inspecteur is geslaagd in de bewijslast dat de goederen van Chinese oorsprong zijn. Het Hof heeft het standpunt van X verworpen dat OLAF niet bevoegd is om een onderzoek in te stellen in een derde land als daaraan geen overeenkomst voor samenwerking en wederzijdse bijstand aan ten grondslag ligt. Het Hof legt daaraan ten grondslag dat OLAF afhankelijk is van de (vrijwillige) medewerking van de Taiwanese autoriteiten en bedrijven die in dit geval (deels) deze medewerking hebben verleend, en dat het bepaalde in artikel 3, lid 1, Verordening 883/2013 en artikel 19 Verordening 515/97 aan deze gang van zaken niet in de weg staat.

X heeft met vijf middelen cassatieberoep ingesteld.

A-G Ettema gaat in deze conclusie in op (i) de bevoegdheid van OLAF om onderzoek te verrichten in een derde land als met dat land geen overeenkomst voor administratieve samenwerking en wederzijdse bijstand is gesloten; (ii) de gevolgen van een eventuele onbevoegdheid voor de toelaatbaarheid de door OLAF vergaarde informatie als bewijs; en (iii) de bewijskracht die aan een missierapport van OLAF kan worden toegekend. De A-G komt tot de slotsom dat OLAF bevoegd was onderzoek te verrichten in Taiwan. Voor het geval de Hoge Raad meent dat hierover gerede twijfel bestaat, concludeert de A-G dat, ook bij een onbevoegd gedaan onderzoek, geen reden is de door OLAF verkregen gegevens uit te sluiten als bewijs. De A-G concludeert tot slot dat ook de motiveringklachten moeten worden verworpen.

Het cassatieberoep is ongegrond, aldus A-G Ettema.

Metadata

Rubriek(en)
Douane
Belastingtijdvak
2015
Instantie
A-G
Datum instantie
2 juni 2023
Rolnummer
21/04169
ECLI
ECLI:NL:PHR:2023:562
Auteur(s)
mr. G.J. van Slooten
Deloitte
NLF-nummer
NLF 2023/1549
Aflevering
13 juli 2023
Judoregnummer
JCDI:NFB5877

Naar de bovenkant van de pagina