Politieke column
De btw-verhoging op sport, cultuur en media is niet van tafel. Het voorstel staat met dikke letters in de afgelopen week in de Tweede Kamer aangenomen belastingwet. Het kabinet ziet op instigatie van een Kamermeerderheid wel ‘een verplichting om in samenspraak met de partijen in de Kamer te komen tot een alternatief’, zo legde minister Heinen van Financiën de desbetreffende motie Van Dijk (CDA) c.s. uit. De bewindsman haalde daarmee de kou voor nu uit de lucht. Wie denkt dat de zon gaat schijnen, hoeft zijn parasol echter nog niet te pakken.
Of het daadwerkelijk lukt om tot een alternatief te komen, is namelijk twijfelachtig. De afgelopen weken is in oeverloze overleggen over uiteenlopende mogelijkheden gediscussieerd, maar het lukte steevast niet om tot een meerderheid te komen. Oud-belastingstaatssecretaris Vijlbrief (D66) speelde hierin met zijn kennis van de begroting en het belastingstelsel een prominente rol. De coalitie misgunde hem succes. Bovendien heeft D66 te weinig zetels in de Senaat om de coalitie aan een meerderheid te helpen, waardoor de vuist van Vijlbrief te weinig kracht had in de Tweede Kamer.
Opvallend: de fiscale coalitiewoordvoerders en toenmalig belastingstaatssecretaris Idsinga (NSC) hielden zich wekenlang muisstil en deden geen enkele poging bredere steun voor het Belastingplan 2025 te vergaren. Na het congé van Idsinga krijgt hij nu de zwarte piet (te weinig gedaan), maar de lakse Kamerleden van de coalitie treft evenveel, zo niet meer, blaam voor hun slaapstand. Dit valt zeker ook Kamerlid Van Oostenbruggen (NSC) te verwijten, die het fiscale stokje van Idsinga in het kabinet overneemt. In het begin van de parlementaire behandeling van het Belastingplan 2025 heeft hij goed weten te verbergen dat er een bruggenbouwer naar oppositiepartijen in hem schuilt.
De fractieleiders van PVV en VVD sprongen noodgedwongen in de leemte en sloten zonder D66 een bondje met CDA, ChristenUnie en SGP en wisten daarmee steun voor het Belastingplan 2025 in beide Kamers veilig te stellen. Het laatstgenoemde trio haalde hun overwinst al binnen (meer fiscale ruimte eenverdieners en geen beperking giftenaftrek), terwijl ze nu eigenlijk niet meer hoeven te leveren voor het pijnlijke alternatief van de btw-verhoging. Minister Heinen zinspeelde op verhoging van het lage btw-tarief voor een andere categorie. NSC opperde verhoging van het algemene btw-tarief met 1%-punt. De handen gingen niet op elkaar.
Bijkomend risico: als het kabinet vroegtijdig valt en politieke partijen in een verkiezingsmodus geraken, zie ik overeenstemming over een alternatieve belastingverhoging niet zo snel ontstaan. Wie heeft daar dan belang bij? D66 en GroenLinks-PvdA zagen dit gevaar ook. Zij wilden de btw-verhoging daarom nu al uit het Belastingplan 2025 liften om zekerheid te hebben over het schrappen, maar minister Heinen wilde daar niets van weten.
Wie handig is in politiek Den Haag weet een goede miljard euro wel weg te poetsen in een begrotingstechnische hink-stap-sprong. Met een budgettaire stelpost of technische verschuiving in de premies kun je tijd kopen en een daaropvolgende aanpassing van het inkomstenkader doet dan de rest. Ergo: weg btw-probleem. De nu gestarte zoektocht naar een zichtbare belastingverhoging elders, is van een ander kaliber.
De nieuwe belastingstaatssecretaris Van Oostenbruggen (NSC) zal zich als een postillon d’amour tussen verschillende fracties moeten bewegen. Het zal veel van hem vragen. Onlangs stelde hij als Kamerlid 43 schriftelijke vragen aan de staatssecretaris van Financiën over de kwalificatie van arbeidsrelaties op het moment dat hij al wist dat hij voor diezelfde post was benaderd. Na zijn beëdiging moet Van Oostenbruggen zijn eigen vragen beantwoorden. Als het Kamerlid zich tijdens de screening even koest had gehouden, was het eerste wapenfeit als bewindsman niet ongemakkelijk geweest. Erg is het allemaal niet, maar handig is anders.