Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft in 2001 zijn onderneming in de vorm van een eenmanszaak ingebracht in A (bv). X is directeur en enig aandeelhouder van A. De activiteiten van A bestaan uit het begeleiden van accountants en belastingadviseurs bij de koop, verkoop en fusies van kantoren.

A heeft in verband met de inbreng van de onderneming voor de daarbij behaalde stakingswinst een lijfrenteverplichting toegezegd aan X. Tevens heeft A pensioenaanspraken toegezegd aan X. De pensioenregeling wordt in eigen beheer gehouden.

Aan X is een navorderingsaanslag IB/PVV 2013 opgelegd. Door het fors oplopen van het totale saldo van geldverstrekkingen door A aan X in combinatie met het ontbreken van zakelijke voorwaarden, is volgens de Inspecteur duidelijk dat X de bedragen niet meer aan A kan/zal terugbetalen. Dit houdt tevens in dat A daardoor onvoldoende middelen heeft om in de toekomst de pensioen- en lijfrenteverplichtingen volledig na te kunnen komen. De facto heeft X al beschikt over het pensioen- en het lijfrentekapitaal, aldus de Inspecteur.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant is het met de Inspecteur eens.

Aangezien X in 2013 ten onrechte geen gebruikelijk loon heeft aangegeven is – ook voor deze navorderingsaanslag – sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast. De Inspecteur heeft bij (zijn schatting van) het inkomen uit werk en woning over 2013 van € 116.270 de waarde in het economisch verkeer van de aanspraken op het pensioen en de lijfrente in de belastingheffing betrokken. Daarbij heeft hij rekening gehouden met de conserverende aanslag. X heeft niet doen blijken dat de schatting te hoog is en ten onrechte de aanspraken op het pensioen en de lijfrente in de belastingheffing zijn betrokken. De Inspecteur heeft ook terecht de wettelijk verschuldigde revisierente in rekening gebracht.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2013-2016, 2019
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
30 mei 2024
Rolnummer
21/1986; 21/2350; 21/2351; 21/2352; 23/3393
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:3599
NLF-nummer
NLF 2024/1427
Aflevering
18 juni 2024

Naar de bovenkant van de pagina