Direct naar content gaan

Samenvatting

Na 1967 heeft de Westergasfabriek (een beschermd Rijksmonument) gediend als achtereenvolgens opslagterrein, stadsdeelkantoor en bedrijfsverzamelgebouw. Vervolgens is een deel verbouwd tot kantoorgebouw. Aan de toenmalige eigenaar is in november 2016 vergunning verleend om een deel van de voormalige fabriek te verbouwen van kantoorgebouw tot hotel. Een cv (waarvan de beherend vennoot X bv is; belanghebbende) heeft dit object op 19 december 2017 gekocht. De levering heeft plaatsgehad op 25 januari 2018.

Het object betreft een voormalige werkplaats, een voormalig kantoor en een assistent-ingenieurswoning (hierna: aiw). De aiw heeft als oorspronkelijke functie ‘dienstwoning’. In 2017 en 2018 is het object verbouwd tot hotel.

X heeft bezwaar gemaakt en is in beroep gegaan met betrekking tot de op aangifte voldane overdrachtsbelasting.

In geschil is of het gehele object of een gedeelte van het object door de verbouwing nieuw vervaardigd is. Dat is volgens Rechtbank Noord-Holland niet het geval. Het object is weliswaar grondig verbouwd, maar dit is – gelet op de beperkte aanpassingen aan de bouwkundige constructie – onvoldoende om te spreken van ingrijpende wijzigingen van de bouwkundige constructie die tot in wezen nieuwbouw hebben geleid. Ook de eventuele andere factoren – zoals de functiewijziging, bouwkosten of waarde na verbouwing – overtuigen de Rechtbank er niet van dat de verbouwing in bouwkundig opzicht zo ingrijpend is geweest dat in wezen een nieuw gebouw is ontstaan.

Verder is de Rechtbank van oordeel dat de samenloopvrijstelling in de overdrachtsbelasting alleen van toepassing kan zijn indien sprake is van een nieuw vervaardigd goed (in wezen nieuwbouw) zoals vereist in de Nederlandse wet en dwingt de Btw-richtlijn er niet toe om een andere, minder vergaande, toets aan te leggen.

Ten slotte oordeelt de Rechtbank dat de aiw ten tijde van de verkrijging naar zijn aard niet kan worden aangemerkt als een woning, zodat het (verlaagde) overdrachtsbelastingtarief van 2% niet van toepassing is.

Metadata

Rubriek(en)
Belastingen van rechtsverkeer
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum instantie
15 januari 2024
Rolnummer
20/3028
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2024:2006
NLF-nummer
NLF 2024/0933
Aflevering
16 april 2024
bwbr0002629&artikel=11,bwbr0002629&artikel=11,bwbr0002740&artikel=14,bwbr0002740&artikel=14

Naar de bovenkant van de pagina