Direct naar content gaan

Samenvatting

Aan autohandelaar X (belanghebbende) zijn over de jaren 2015 en 2016 naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd naar bedragen van resp. € 19.329 en € 11.851. De daarbij opgelegde vergrijpboetes bedragen resp. € 4.338 en € 2.603.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de vereiste aangiften niet zijn gedaan en dat de naheffingsaanslagen zijn gebaseerd op een redelijke schatting.

De Inspecteur is niet in de op hem rustende bewijslast geslaagd dat het aan (voorwaardelijk) opzet van X is te wijten dat op de aangiften te weinig belasting is voldaan. Dat de administratie van X ernstige tekortkomingen kent en X met zijn verwijzing naar een RDW-overzicht heeft erkend dat hij in totaal meer omzet heeft gerealiseerd dan in zijn aangiften is aangegeven, is daarvoor onvoldoende omdat dit op zichzelf niet kan worden gekoppeld aan de verschillende aangiften. De Inspecteur heeft zich niet subsidiair op het standpunt gesteld dat sprake is van grove schuld. Dat betekent dat de boetebeschikkingen moeten worden vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2015-2015
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
12 april 2023
Rolnummer
22/1992; 22/1993
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2023:5426
NLF-nummer
NLF 2023/2773
Aflevering
7 december 2023
bwbr0002320&artikel=27e,bwbr0002320&artikel=27e,bwbr0002320&artikel=67f,bwbr0002320&artikel=67f

Naar de bovenkant van de pagina