Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Rechtbank Amsterdam heeft het beroep in drie WOZ-zaken niet-ontvankelijk verklaard omdat het is ingediend door een daartoe niet gevolmachtigde.

Degene die het beroep heeft ingesteld is niet in de gelegenheid gesteld het verzuim te herstellen door alsnog een geldige machtiging over te leggen. Gelet hierop is het beroep ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard, oordeelt Hof Amsterdam in hoger beroep. De zaken worden teruggewezen naar de Rechtbank.

De Rechtbank dient de zaken alsnog inhoudelijk te behandelen en daarbij ook te beslissen over de vraag of terecht driemaal griffierecht is geheven voor het instellen van beroep.

Het Hof ziet reden tot een vergoeding van de proceskosten in hoger beroep.

De belastingkamers van de gerechtshoven hebben in de ontwikkelingen in wetgeving en jurisprudentie aanleiding gezien het Richtsnoer proceskostenvergoeding (bijlage bij Hof Den Bosch 11 november 2021, 20/00305, ECLI:NL:GHSHE:2021:3315) te actualiseren. Het Richtsnoer proceskostenvergoeding belastingkamers gerechtshoven 2024 is als bijlage aan het proces-verbaal van deze uitspraak gehecht.

Het Hof merkt nog op dat bij het beoordelen van de vraag of de zaken binnen een redelijke termijn worden behandeld de vertraging in de behandeling die het gevolg is van het indienen van het beroep zonder geldige machtiging buiten aanmerking moet blijven.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2022
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
1 augustus 2024
Rolnummer
24/35; 24/36; 24/37
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:2158
NLF-nummer
NLF 2024/1824
Aflevering
6 augustus 2024

Naar de bovenkant van de pagina