Direct naar content gaan

Samenvatting

De Hoge Raad heeft op 18 augustus 2023 (22/04071, ECLI:NL:HR:2023:1054, NLF 2023/1924, met noot van De Beer) geoordeeld dat gelet op de strekking van de bedrijfsopvolgingsregeling van artikel 35b e.v. SW 1956 (hierna: de BOR), tot het ondernemingsvermogen alleen vermogensbestanddelen worden gerekend die ten tijde van de verkrijging voor ondernemingsdoeleinden worden aangehouden.

Daarbij is niet van belang of een vermogensbestanddeel voor de winstberekening tot het ondernemingsvermogen zou mogen worden gerekend. Aan de in het Pottenbakkers-arrest (HR 29 augustus 1997, 32.301, ECLI:NL:HR:1997:AA2251) omschreven rechtsregel komt dan ook voor de toepassing van de BOR geen betekenis toe.

Vragen
  1. Geldt het arrest van 18 augustus 2023 ook voor de doorschuifregeling van artikel 4.17a en 4.17c Wet IB 2001?
  2. Heeft het arrest voor de BOR of de doorschuifregeling (hierna: DSR) gevolgen voor het voor de winstberekening als ondernemingsvermogen geëtiketteerde keuzevermogen, als sprake is van gemengd gebruik?
  3. Heeft het arrest voor de BOR of de DSR gevolgen als een vermogensbestanddeel op grond van de etiketteringsregels enkel vanwege een historisch verband, ondernemingsvermogen vormt voor de winstberekening?
  4. Geldt het arrest voor de toepassing van de BOR of de DSR voor privévermogen?
Antwoorden
  1. Ja, het arrest van 18 augustus 2023 dat betrekking heeft op de BOR geldt ook voor de toepassing van de DSR, aangezien doel en strekking van beide faciliteiten gelijk zijn.
  2. Nee, het arrest heeft geen gevolgen voor de etikettering van keuzevermogen waarbij sprake is van gemengd gebruik.
  3. Ja, een vermogensbestanddeel dat enkel vanwege een historisch verband ondernemingsvermogen vormt voor de winstberekening komt alleen in aanmerking voor de faciliteiten als dit vermogensbestanddeel ten tijde van de verkrijging voor ondernemingsdoeleinden wordt aangehouden.
  4. Nee, dit arrest is niet van invloed op verplicht privévermogen. Verplicht privévermogen wordt voor de toepassing van beide faciliteiten nog steeds als beleggingsvermogen aangemerkt.

Metadata

Rubriek(en)
Schenk- en erfbelasting
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2024 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
26 juli 2024
Rolnummer
KG:003:2024:12
Auteur(s)
mr. A.M.A. de Beer
Grant Thornton
NLF-nummer
NLF 2024/1846
Aflevering
13 augustus 2024
Judoregnummer
JCDI:NFB6533
bwbr0002226&artikel=35b,bwbr0002226&artikel=35b,bwbr0002226&artikel=35c,bwbr0002226&artikel=35c,bwbr0011353&artikel=4.17a,bwbr0011353&artikel=4.17a,bwbr0011353&artikel=4.17c,bwbr0011353&artikel=4.17c

Naar de bovenkant van de pagina