Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

De Inspecteur heeft aan X (belanghebbende) op 26 maart 2022 een naheffingsaanslag fijnstoftoeslag motorrijtuigenbelasting van € 33 opgelegd. Omdat de naheffingsaanslag niet tijdig was betaald, werden aan X op 23 april 2022 € 8 aanmaningskosten in rekening gebracht. Het bezwaar van X is door de Inspecteur afgewezen.

Bij Rechtbank Den Haag is in geschil of de aanmaningskosten terecht in rekening zijn gebracht. Volgens de IW 1990 is een naheffingsaanslag invorderbaar twee weken na dagtekening van het aanslagbiljet. Bij niet-betaling binnen deze termijn volgt een aanmaning, waarvoor € 8 kosten in rekening worden gebracht.

De Rechtbank stelt vast dat X niet tijdig om uitstel van betaling heeft verzocht en dat haar bezwaar tegen de naheffingsaanslag pas na het in rekening brengen van de aanmaningskosten is ingediend. Daarom zijn de aanmaningskosten terecht in rekening gebracht en wordt het beroep van X ongegrond verklaard.

Metadata

Rubriek(en)
Invordering
Belastingtijdvak
2022
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
3 april 2024
Rolnummer
23/3241
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2024:9906
NLF-nummer
NLF 2024/1929
Aflevering
20 augustus 2024
bwbr0002645&artikel=1,bwbr0002645&artikel=1,bwbr0002645&artikel=2,bwbr0002645&artikel=2,bwbr0004770&artikel=9,bwbr0004770&artikel=9,bwbr0004770&artikel=11,bwbr0004770&artikel=11

Naar de bovenkant van de pagina