Direct naar content gaan

Samenvatting

Een belastingplichtige heeft in verband met een handicap orthopedisch schoeisel nodig. Orthopedisch schoeisel kan worden aangemerkt als ‘ander’ hulpmiddel als bedoeld in artikel 6.17, lid 1, onderdeel d, Wet IB 2001. Deze schoenen worden speciaal op maat gemaakt en kunnen niet door anderen worden gebruikt. De kosten van de schoenen worden vergoed op basis van de Wlz of de Zvw. Belanghebbende moet hiervoor een wettelijke eigen bijdrage betalen. Deze eigen bijdrage is niet aftrekbaar op grond van artikel 6.18, lid 1, Wet IB 2001. Belastingplichtige heeft vervoerskosten gemaakt voor het aanmeten en ophalen van de orthopedische schoenen. Daarnaast heeft belastingplichtige vervoerskosten gemaakt voor het ophalen van door een arts voorgeschreven medicijnen (hierna: een farmaceutisch hulpmiddel) bij de apotheek.

Vraag

Kwalificeren vervoerskosten in verband met de aanschaf van een farmaceutisch of ‘ander’ hulpmiddel, als bedoeld in artikel 6.17, lid 1, onderdeel c en d, Wet IB 2001 als uitgaven voor specifieke zorgkosten?

Antwoord

Ja, de vervoerskosten die belastingplichtige heeft gemaakt in verband met de aanschaf van een farmaceutisch of ‘ander’ hulpmiddel als bedoeld in artikel 6.17, lid 1, onderdeel c en d, Wet IB 2001, kwalificeren als uitgaven voor specifieke zorgkosten.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2024 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
26 april 2024
Rolnummer
KG:202:2024:11
NLF-nummer
NLF 2024/1034
Aflevering
30 april 2024
bwbr0011353&artikel=6.17,bwbr0011353&artikel=6.17

Naar de bovenkant van de pagina