Samenvatting
De btw-groep kent binnen de EU en Nederland een lange historie. Desondanks heeft het Hof van Justitie zelfs de doorgewinterde btw-specialist de afgelopen jaren overvallen met verschillende uitspraken over de btw-groep. Wat voor werking heeft de btw-groep ten opzichte van derden? Zijn leden van een btw-groep nog steeds zelfstandige ondernemers? Zijn prestaties binnen de btw-groep belastbaar? In dit artikel maken Gino Sparidis en Li Shao Wu de (voorlopige) tussenstand op.
NLF-W artikel
1. Inleiding
Over de btw-groep is de afgelopen tijd veel te doen geweest bij het HvJ. Met name Duitsland lijkt in toenemende mate hofleverancier te worden van zaken over de btw-groep. Een goed moment om de tussenstand op te maken.
Wij beschrijven in dit artikel de Unierechtelijke invulling van de btw-groep en vergelijken deze met de werking van de Nederlandse fiscale eenheid. Na eerst het doel en de doorwerking van artikel 11 Btw-richtlijn toegelicht te hebben, beschrijven wij de verschillende bestanddelen van artikel 11 Btw-richtlijn en vergelijken deze met de equivalenten in artikel 7, lid 4, Wet OB 1968:
- in de lidstaten gevestigde personen (paragraaf 3),
- die financieel, economisch en organisatorisch nauw met elkaar verbonden zijn (paragraaf 4),
- worden samen als één belastingplichtige aangemerkt (paragraaf 5).
Ook gaan wij in paragraaf 6 op enkele formele voorwaarden en gevolgen van de btw-groep in.