Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) houdt via een houdstermaatschappij 100% van de aandelen in A (bv). X heeft A opgericht met het doel innovatieve Data Integratie (DI)-oplossingen te realiseren. Het product dat A heeft ontwikkeld, kan het best worden omschreven als een speciale computer die bedoeld is voor de integratie van verschillende informatiesystemen.

In deze procedure betreffende de aanslag IB/PVV 2015 is primair in geschil of X een vordering heeft ter grootte van € 516.393 op A en de houdstermaatschappij tezamen. In dit verband moet eerst worden beoordeeld of X de rechten op software in privé heeft ontwikkeld en deze vervolgens in april 2010 heeft geleverd aan A tegen schuldigerkenning van de koopprijs in de vorm van een lening ter grootte van € 400.000.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft geoordeeld dat dit niet aannemelijk is geworden. De Rechtbank heeft vervolgens het restant van de rekening-courantschuld beoordeeld. Volgens de Rechtbank is sprake van een onzakelijke lening. Indien de rekening-courantverhouding niet vanaf aanvang onzakelijk was, is deze in ieder geval in de loop van de tijd onzakelijk geworden.

Ook Hof Den Bosch is van oordeel dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij in privé software heeft ontwikkeld, dat hij deze heeft overgedragen aan A en dat hij uit dien hoofde een vordering heeft op A. Verder is het Hof met de Rechtbank van oordeel dat de vordering in rekening-courant van X op A voor het overige in ieder geval in 2015 onzakelijk is geworden. Het tbs-verlies is niet aftrekbaar.

Het hoger beroep wordt ongegrond verklaard en de uitspraak van de Rechtbank wordt bevestigd.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2015
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
3 juli 2024
Rolnummer
22/1435
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2024:2141
NLF-nummer
NLF 2024/1765
Aflevering
30 juli 2024
bwbr0011353&artikel=3.92,bwbr0011353&artikel=3.92

Naar de bovenkant van de pagina