Direct naar content gaan

Samenvatting

De werkgever van X (belanghebbende) heeft aan hem een uit Duitsland geïmporteerde Volkswagen Tiguan ter beschikking gesteld en ter zake van het privégebruik van deze auto loonheffingen ingehouden en afgedragen. X stelt zich – kort gezegd – op het standpunt dat de wettelijke regeling van artikel 13bis Wet LB 1964 in strijd is met artikel 110 VWEU, omdat deze maatregel de import van gebruikte auto’s uit andere lidstaten belemmert. X heeft dit als volgt toegelicht. De fiscale bijtelling van artikel 13bis Wet LB 1964 maakt geen onderscheid tussen nieuwe auto’s en gebruikte auto’s, en om die reden zullen werknemers veelal kiezen voor een nieuwe auto met als gevolg dat de invoer van gebruikte auto’s wordt belemmerd.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft het beroep van X ongegrond verklaard en dit oordeel wordt in hoger beroep door Hof Den Bosch bevestigd. De belastingheffing ter zake van het loonvoordeel als bedoeld in artikel 13bis Wet LB 1964 maakt geen onderscheid tussen ingevoerde auto’s en gelijksoortige nationale producten. In alle gevallen wordt hetzelfde loonvoordeel in aanmerking genomen dat afhankelijk is van de catalogusprijs. Dit geldt zowel voor nieuwe auto’s als voor gebruikte auto’s. De onderhavige heffing is dan ook niet in strijd met artikel 110, eerste alinea, VWEU, aldus het Hof.

De Hoge Raad heeft op het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (19/00206)

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2017
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
20 december 2018
Rolnummer
18/00370 t/m 18/00378
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2018:5411
NLF-nummer
NLF 2019/0680
Aflevering
21 maart 2019
bwbr0002471&artikel=13bis,bwbr0002471&artikel=13bis,bwbv0001506&artikel=110,bwbv0001506&artikel=110

Naar de bovenkant van de pagina