Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv, belanghebbende) verhuurt opslagruimten in twee panden aan particulieren en ondernemers, waarbij tevens transportmiddelen ter beschikking worden gesteld. X bv zorgt voor bewaking.
In geschil is of de verhuur van de opslagruimten is aan te merken als verhuur van onroerende zaken in de zin van artikel 11, eerste lid, onderdeel b, Wet OB 1968. X bv meent van niet en acht alle voorbelasting aftrekbaar; de Inspecteur is de tegengestelde mening toegedaan.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de Inspecteur gelijk gegeven.
De door X bv verrichte dienst beperkt zich tot het ter beschikking stellen van de opslagruimten. Deze passieve activiteit wordt aangemerkt als verhuur. De bewaking en het gratis gebruik kunnen maken van transportmiddelen zijn niet meer dan bijkomende diensten die zijn bedoeld om de hoofdprestatie, de verhuur, aantrekkelijk te maken en worden ook als zodanig door de modale consument ervaren. In casu bestaat een duidelijk verschil met de (van de vrijstelling uitgezonderde) verhuur van safeloketten waarbij het bewakingselement voor de modale klant voorop staat.
Hof Den Bosch bevestigt het oordeel van de Rechtbank dat sprake is van vrijgestelde verhuur van onroerende zaken.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1 januari 2006 t/m 31 december 2009
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
20 mei 2016
Rolnummer
14/00626
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2016:2000
bwbr0002629&artikel=11&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina