Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De Heffingsambtenaar heeft aan X (belanghebbende) voor het jaar 2019 een aanslag rioolheffing en een aanslag afvalstoffenheffing opgelegd.

Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat de Verordening rioolheffing 2019 van de gemeente Lingewaard ten aanzien van X onverbindend is omdat de geraamde baten de geraamde lasten met meer dan 10% overschrijden. De Verordening afvalstoffenheffing 2019 is volgens de Rechtbank partieel onverbindend wegens overschrijding van de opbrengstlimiet met afgerond 7,64%. De Rechtbank heeft de aanslag rioolheffing vernietigd en de aanslag afvalstoffenheffing verminderd.

In hoger beroep is in geschil of de Verordening afvalstoffenheffing 2019 geheel onverbindend is jegens X of voor een groter deel dan de Rechtbank heeft geoordeeld.

Uit proceseconomische overwegingen behandelt het Hof eerst het beroep van de Heffingsambtenaar op interne compensatie. Dit beroep slaagt. Overheadkosten van € 260.900 hadden wel als last ter zake moeten worden aangemerkt. Als gevolg hiervan kunnen de standpunten van X niet leiden tot een vermindering van de aanslag afvalstoffenheffing, zoals die door de Rechtbank is vastgesteld.

Met partijen is het Hof van oordeel dat de Rechtbank bij het bepalen van de proceskostenvergoeding voor de beroepsprocedure op grond van de bijlage bij het Bpb voor de proceshandeling ‘repliek’ 0,5 punt had moeten toekennen. Het hoger beroep is in zoverre gegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2019
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
26 maart 2024
Rolnummer
22/2155; 22/2156
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:2167
NLF-nummer
NLF 2024/0946
Aflevering
16 april 2024

Naar de bovenkant van de pagina