Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Rijnvarende X (belanghebbende) was in 2016 woonachtig in Nederland en heeft gewerkt voor een in Liechtenstein gevestigde werkgever.

De Inspecteur heeft van X over de periode van 1 mei 2016 tot en met 31 december 2016 premie volksverzekeringen geheven.

Dat acht Hof Arnhem-Leeuwarden terecht. Aangezien de Inspecteur in overeenstemming met een A1-verklaring premie heeft geheven, kan het beroep van X op vrijstelling van premie volksverzekeringen (periode van 1 mei 2016 tot en met 31 december 2016) reeds daarom niet slagen. Dat die verklaring nog niet onherroepelijk vaststaat doet hieraan niet af.

De Inspecteur is nog niet gehouden om over te gaan tot verrekening van in de niet bevoegde staat (Liechtenstein) betaalde premies, omdat het bevoegde Liechtensteinse orgaan deze premies nog niet heeft overgemaakt aan de SVB.

De Inspecteur heeft verder terecht voor de belastingheffing aftrek ter voorkoming van dubbele belasting geweigerd.

Ten slotte oordeelt het Hof dat geen recht bestaat op vergoeding van bezwaarkosten.

Het hoger beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Sociale verzekeringen
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
7 mei 2024
Rolnummer
21/1033
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:3202
NLF-nummer
NLF 2024/1283
Aflevering
28 mei 2024

Naar de bovenkant van de pagina