Direct naar content gaan

Samenvatting

Een buitenlandse student (niet-EU) wil gaan studeren aan een Nederlandse universiteit. Ten behoeve van de inschrijving volgt hij de procedure van de universiteit.

Volgens de betalingstoelichting van de universiteit moet in die procedure vóór 1 juli 2021 een bedrag aan de universiteit worden betaald. Dit bedrag bestaat uit het collegegeld voor het eerste collegejaar en een bedrag voor levensonderhoud. De betaling is verplicht in het kader van de verblijfsvergunning-/visumaanvraag en het bedrag is gebaseerd op de eisen die de Immigratie en Naturalisatiedienst (hierna: IND) hieraan stelt. Na betaling van dat bedrag, wordt de verblijfsvergunningaanvraag /visumaanvraag voor de toekomstige student door de universiteit in gang gezet.

In juni 2021 betaalde de student het collegegeld en het, door het IND bepaalde, normbedrag als bewijs voor middelen van bestaan. Op het moment van deze betaling woonde hij nog in het buitenland. Hij is in augustus 2021 naar Nederland geëmigreerd en op 1 september 2021 met zijn studie aan de universiteit gestart.

(NB: de scholingsuitgaven zijn met ingang van 1 januari 2022 komen te vervallen als uitgaven ter zake van persoonsgebonden aftrekposten).

Vragen

Kwalificeert het, door een uit het buitenland afkomstige student, betaalde collegegeld als uitgave ter zake van persoonsgebonden aftrekposten (scholingsuitgaven), als het collegegeld is betaald voorafgaand aan de emigratie naar Nederland?

Ter beantwoording van deze vraag zijn de volgende deelvragen van belang:

  1. Op welk tijdstip, in de zin artikel 6.40 Wet IB 2001, komt het collegegeld voor aftrek in aanmerking?
  2. Heeft de buitenlandse student recht op aftrek van het collegegeld, als scholingsuitgaven, als het collegegeld in de periode vóór emigratie naar Nederland is betaald?
Antwoorden

Nee, als het collegegeld is betaald voorafgaand aan de emigratie naar Nederland, is het betaalde collegegeld niet als scholingsuitgaven aftrekbaar.

Antwoord op de deelvragen:

  1. Het collegegeld kan voor aftrek in aanmerking komen op het moment waarop het bedrag, bestemd voor betaling van collegegeld, van de rekening van belastingplichtige is afgeschreven c.q. op de rekening van de universiteit is bijgeschreven.
  2. De student heeft geen recht op aftrek van het collegegeld, als scholingsuitgaven, omdat hij op het tijdstip waarop het collegegeld is betaald in Nederland niet een binnenlands belastingplichtige of een (kwalificerende) buitenlandse belastingplichtige is.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2023 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
23 juni 2023
Rolnummer
KG:202:2023:22
NLF-nummer
NLF 2023/1414
Aflevering
29 juni 2023
bwbr0011353&artikel=6.40,bwbr0011353&artikel=6.40

Naar de bovenkant van de pagina